Deze verzekering is bedoeld om zelfstandigen te beschermen tegen inkomensverlies door arbeidsongeschiktheid. Het dekt 70% van de winst uit onderneming, tot een maximum van het minimumloon, en wordt verplicht voor alle zelfstandigen. Een belangrijk kenmerk van deze verzekering is de zogenaamde drempelfunctie als absoluut arbeidsongeschiktheidscriterium: een zelfstandige wordt als arbeidsongeschikt beschouwd als hij of zij door ziekte of gebrek niet in staat is om het minimumloon per maand te verdienen. Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) voert deze toets uit na een wachttijd van één jaar. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft de premie voor deze verzekering geschat op 6,5%.
Het verplichte karakter van de verzekering en de hoog ervaren premie hebben tot discussie geleid. Daarom is er behoefte aan een onafhankelijke duiding van de uitgangspunten, modellen en resultaten. Het Koninklijk Actuarieel Genootschap (AG) heeft in 2024 een werkgroep ingesteld om een onafhankelijk onderzoek te doen naar de hoogte van de premie, gegeven de dekking die wordt voorgesteld.
Voor onze analyse hebben we gebruik gemaakt van gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Centraal Planbureau (CPB) en het UWV. Daarnaast hebben we gesprekken gevoerd met SZW, UWV en experts uit zowel de private als publieke sector om onze aannames te onderbouwen. We hebben gekozen voor een Markov-model, een gangbaar model binnen de verzekeringssector, waarmee we ook een vergelijking kunnen maken met de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen).
Ga naar het rapport De prijs van de Baz: hoe aannames de premie bepalen.